1 Ruimtefiguren

Ruimtefiguren, grensvlak, ribbe en hoekpunt

Balk, kubus, piramide, bol en cilinder zijn voorbeelden van ruimtefiguren.
Van een balk, een kubus, een piramide en een cilinder kun je een bouwplaat of een uitslag maken.
Hieronder zie je een voorbeeld van een uitslag van een balk.

Grensvlak, ribbe en hoekpunt

Een zijkant van een ruimtefiguur noem je een grensvlak. De randen waar de grensvlakken bij elkaar komen noem je ribben. De punten waar de ribben bij elkaar komen heten hoekpunten. Als je een ruimtefiguur tekent, stippel je de ribben die je niet kunt zien.

Bovenaanzicht, zijaanzicht en vooraanzicht

Een bovenaanzicht krijg je als je recht van boven op een ruimtefiguur kijkt. Het bovenaanzicht is een soort plattegrond van de ruimtefiguur. De hoogte van een ruimtefiguur kun je niet in een bovenaanzicht zien. Als je een ruimtefiguur recht van opzij bekijkt, krijg je een zijaanzicht. Als je een ruimtefiguur recht van voren bekijkt, krijg je een vooraanzicht. In een zijaanzicht of een vooraanzicht kun je niet zien hoe groot het grondvlak is. Om een goed beeld van een ruimtefiguur te krijgen, heb je alle drie de aanzichten nodig.

Kijklijn

Een kijklijn is een denkbeeldige lijn vanaf je oog naar een voorwerp.
In de tekening hieronder kun je vanaf punt A kat niet goed zien omdat de boom in de weg staat. De kijklijn wordt onderbroken.

Met kijklijnen kun je in de plattegrond hieronder goed laten zien dat Jan Myrthe en Mathijs wel kan zien, maar Merel niet.